Afdrukken

 

Dit overzichtsartikel van Kent Berridge en Terry Robinson uit 2016 geeft de essentie weer van de 'Incentive-Sensitization' theorie van verslaving. Beiden zijn neuropsychologen aan de universiteit van Michigan in AnnArbor VS en wonnen in 2019 de Grawemeyer Award for Psychology voor deze bijdrage. Deze theorie staat met stip in de lijst van de hallmark artikels, wat je moet lezen!

De referentie van het artikel: Berridge, K. C., & Robinson, T. E. (2016). Liking, wanting, and the incentive-sensitization theory of addiction. American Psychologist, 71(8), 670–679. 

Het volledige artikel is te downloaden op volgende url:  https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5171207/

De Incentive Sensitization theorie:

De vraag die elke therapeut zich stelt is: Waarom blijven mensen producten gebruiken waardoor ze elke keer opnieuw in de problemen komen?  Waarom hervallen deze mensen na een langere periode van abstinentie?

In de jaren '80 is ontdekt dat alle producten die verslaving kunnen uitlokken voorbij de bloed-hersenbarrière komen en o.a. de neurotransmitter dopamine verhogen in het zogenaamde mesolimbische systeem, het belonings- of motivatiesysteem. Aanvankelijk legde men de nadruk op het 'beloningsaspect', iets dat een beloning oplevert wordt herhaald. De toegenomen dopamine na druggebruik werd als de bekrachtiger beschouwd. Dopamine als het 'genotshormoon '.Berridge en Robinson hebben zich altijd tegen deze interpretatie verzet. De theorie die zij ontwikkelden bestaat uit twee delen:

1) onderscheid Liking en Wanting.

Met onderzoek op proefdieren konden ze aantonen dat gemotiveerd gedrag uit twee componenten bestaat, deze noemen ze "Liking" en "Wanting". Eerst wordt er interesse in een stof getoond omdat ze 'lekker' is en tegelijk zet 'verlangen' gedrag in gang om dat lekkere te consumeren. De auteurs toonden aan dat beide niet in gelijke mate aanwezig zijn en dat ze steunen op verschillende neurologische circuits. "Wanting" of een staat van verlangen, een taakspanning, wordt gecodeerd door neuronen die met dopamine signalen overbrengen. "Liking" wordt door andere neurtransmitters (endorfines) gecodeerd op andere plaatsen in het brein. Herhaald innemen van  verslavende stoffen  zoals alcohol, nicotine, cannabis, amfetamine, cocaïne, enz. leidt tot een verstoorde "Wanting" systeem of een moeilijk te controleren verlangen of drang om het product in te nemen.

2) Incentive-Sensitization.

Het tweede element in hun theorie is de hyperreactiviteit van de dopamine in het mesolimbische systeem. Doordat de omgevingsprikkels (cue's) op een Pavloviaanse wijze geassocieerd zijn geworden met het dopamineverhogende product zelf gaat deze context dezelfde aantrekkingskracht uitoefenen als die actieve producten. Het verlangen wordt gewekt om bijvoorbeeld cocaïne te gaan zoeken en gebruiken wanneer men in het café is waar men doorgaans cocaïne gebruikte. Het systeem is gevoelig gemaakt voor deze prikkels. De dopamine reactie zorgt voor een sterk verlangen, hunkering om het product te zoeken en in te nemen. Deze gevoeligheid blijft lang aanwezig omdat er zich veranderingen in de celstructuren voordoen (meer dendrieten in cellen die verbonden zijn met de geheugenplaatsen van die prikkels, zgn. neuroplasticiteit). Wat kan verklaren waarom men soms na jaren abstinentie hervalt op een plek waar men vroeger gebruikte of zich van het gebruik levendige voorstellingen maakt in de verbeelding. 

Belang

Het belang van deze theorie is dat ze verslaving definieert als uiting van een verstoorde hersenactiviteit. De herhaalde blootstelling aan alcohol en drugs met telkens  een dopaminepiek maakt het individu extra gevoelig voor omgevingssignalen die naar het product verwijzen. Die signalen lokken een verlangen uit en tegelijkertijd het idee dat het product erg belangrijk is en dat men dat nodig heeft. De drang wordt uitgelokt door omgevingsvariabelen. Dat in tegenstelling met theorieën die verslaving in de persoonlijkheid van de betrokkenen definiëren als een vorm van zelfmedicatie. Verslaving is daarmee verwant aan de obsessief compulsieve stoornissen. Het individu is gestoord in zijn omgang met de wereld, sommige consumptieproducten worden overgewaardeerd en men is hypergemotiveerd om ze te verwerven ook al kiest me daar niet voor. Verzet men zich ertegen dan wordt de angst verhoogd. Dat kan aanleiding geven tot onaangepast gedrag met kwalijke gevolgen. De auteurs kwalificeren verslaving als een ziekte. 

Verwijzingen naar deze theorie vindt men terug bij alle neurobiologen  die verslaving onderzoeken: Nora Volkow (US), Trevor Robbins (UK), Christian Lüscher (CH), Patrick Anselme (DE), Xavier Noël (BE).

 

 

Hits: 426